Beeldverslag van het project van de Charlotte – deel 5: verplaatsing ingang kajuit en aanleg besturing

We hink-stap-springen door de tijd. De roef of kajuit wordt ingericht als slaapplaats voor twee personen. De ingang wordt daarom verplaatst naar het midden. Daartoe is een gedeelte van de wand waar de deuropening moet komen, eruit gesneden. De contouren van de nieuwe entree zijn afgezet met metalen stijlen. Daar tegenaan komen de deurkozijnen en het grondhout voor het schuifluik. IJzerwerker/lasser Marinus Molegraaf is bezig met het aanbrengen van een nieuw dekspant.

Marinus heeft de kajuitwand dichtgemaakt. De lassen zijn gepolijst.

De stijlen die over het roefdek lopen, zijn tijdelijk losgehaald. (Dat worden straks de geleiders voor het toekomstige schuifluik.) Zo kan Marinus op de plek eronder nieuwe binnenstijlen aanbrengen. Straks komt daar de binnenbetimmering tegenaan.

Nu aan de basisvoorwaarde -een waterdicht casco- is voldaan, wordt het tijd voor andere zaken: de aandrijving. De oude schroefas is uit de koker gehaald. De tand des tijds heeft de borgmoer aangetast maar de as zelf is nog gaaf. Na te zijn ingekort kan deze worden hergebruikt.

De schroefas is voorlopig weer teruggeplaatst en aangesloten op de homokineet. De homokineet is een flexibele verbinding tussen de schroefas en de aandrijvings- of tussenas vanuit de motor/stoommachine. Het voordeel van zo’n apparaat is dat daarmee de beide assen niet in lijn met elkaar hoeven te staan. De homokineet is het oude exemplaar dat nog in het schip zat. Het is goed bruikbaar.

We bekijken het spul eens van een afstand. Het achterschip is rechts. Te zien is dat een deel van het spoor onder de homokineet nog ontbreekt. Omdat dit spoor meteen als steun dient voor het stuwdruklager, wordt deze op maat gemaakt.

Nu de homokineet (tijdelijk) verbonden is met de schroefas, kan een kartonnen mal worden gemaakt. Marinus past de mal en tekent de landen van de gangen eropaf zodat het spoor mooi op het vlak aansluit.

Voordat de lengte van de schroefas kan worden bepaald, moeten nog wat zaken worden geregeld waaronder de positiebepaling van het nieuw te maken roer, compleet met blad, roerkoning en hennekoker. De hennekoker is een ronde buis met bronzen geleiding waarin de roerkoning of -as komt te draaien. Deze hennekoker mondt uit in de achterpiek (scheepskont). Op de koker wordt vervolgens het kwadrant (kwartrond met kabelgeleiding t.b.v. de roerbediening) geplaatst. De schematische tekeningen -zijaanzicht en van bovenaf- helpen om dit allemaal een beetje helder te krijgen.

Onder de scheepskont (zie eerdere foto) hangt een touw met een gewicht. Dat is een loodlijn. In het verlengde ervan zien we boven het achterdek een verticale metalen staaf uitsteken. Deze staaf loopt onderdeks door tot aan het vlak en geeft de toekomstige plaats en richting van de roerkoning aan. Met een waterpas bekijkt Marinus of deze echt verticaal is. In het vlak is een gat geboord. Van daaruit loopt de loodlijn. De plek waar deze de schroefas kruist, markeert de lengte van de as. Daarbij wordt rekening gehouden met de ruimte die de schroef nodig heeft.